Meneer A mag dakterras niet meer gebruiken, VvE trekt aan het langste eind.

Meneer A mag dakterras niet meer gebruiken, VvE trekt aan het langste eind.
26 januari 2022 Jip Niezing

Meneer A heeft een appartement gekocht met bij behorend een gebruiksrecht voor het dakterras. Hij moet kort na de aankoop van zijn appartement het dakterras verwijderen van de VvE in verband met het plegen van onderhoud aan het dak. De VvE stelt vervolgens dat gebruiksrecht van het dakterras nietig is en meneer A het dakterras niet meer mag gebruiken. Meneer A vordert schadevergoeding van zowel de VvE als van de verkoper van het appartement. De rechter stelt dat de VvE geen schade hoeft te betalen maar de verkoper wel. 

De inhoud van het gebruiksrecht:

Het gebruiksrecht voor het dakterras is gesloten tussen de verkoper en de VvE. In deze zaak ziet het gebruiksrecht op een goederenrechtelijke wijziging van de situatie van het dakterras.

Voor goederenrechtelijke wijzigingen is unanieme toestemming nodig van de gezamenlijke eigenaren (5:139 lid 1 BW). In deze zaak was geen sprake van een unanieme toestemming. Dit heeft tot gevolg dat het gebruiksrecht voor het dakterras dus niet rechtsgeldig is verleend. Meneer A moet daarom opnieuw aan de VvE toestemming vragen voor het gebruiksrecht. 

Meneer A tegen de VvE:

Meneer A is van mening dat de VvE hem schadevergoeding moet betalen. Volgens hem is het onaanvaardbaar dat de VvE achteraf kan bepalen dat het gebruiksrecht niet (meer) geldt en dat hij daar zelf de gevolgen van moet dragen. De rechtbank gaat hier niet in mee. Het staat de VvE vrij om van haar rechten gebruik te maken en het gebruiksrecht nietig te verklaren, nu het niet geldig tot stand is gekomen. De VvE hoeft dus geen schadevergoeding aan meneer A te betalen. 

Meneer A tegen de verkoper:

Meneer A is van mening dat de verkoper een deel van de koopprijs aan hem moet terug betalen nu het appartement gepresenteerd werd met een relatief groot dakterras en hij deze nu niet heeft kunnen gebruiken. De rechtbank stelt dat er sprake is van dwaling. Meneer A zou het appartement niet onder dezelfde voorwaarden hebben gekocht als hij had geweten dat hij het gebruiksrecht niet meer zou verkrijgen en opnieuw zou moeten aanvragen. Ondanks dat meneer A in dit geval ook een plicht had om te onderzoeken of de gebruiksrechten rechtsgeldig waren, weegt de informatieplicht van de verkoper hier zwaarder. 

De rechtbank beslist dat meneer A door de gevolgen van dwaling nadeel heeft geleden en dat de verkoper een door de rechtbank geschat bedrag van €6.500,-  aan meneer A moet betalen. 

De gehele uitspraak kunt u lezen op: Uitspraak Dakterras

Geschreven door Jip Niezing, Masterstudent Privaatrecht aan de Universiteit van Amsterdam.